Door: Aimée Timorason
Bij tussenuitspraak van de Rechtbank Amsterdam heeft de rechtbank de behandeling van de zaak aangehouden om nadere vragen te stellen aan de Litouwse autoriteiten. In deze zaak gaat het om een EAB uit Litouwen. De Litouwse autoriteiten vragen de overlevering van de opgeëiste persoon ten behoeve van de vervolging.
Detentieomstandigheden in Litouwen
Centraal in deze tussenuitspraak staan de detentieomstandigheden in Litouwen. De rechtbank haalt in zijn tussenuitspraak een eerdere uitspraak aan, waarin zij heeft geoordeeld dat wegens de buitengewone niveaus van geweld, intimidatie en uitbuiting een reëel gevaar bestaat dat personen die in Litouwen worden gedetineerd in (onder andere) de detentie-instelling Pravieniškės Correction Home – maar niet in de detentie-instelling Kaunas Remand Prison –, onmenselijk of vernederend worden behandeld.
De Litouwse autoriteiten hebben in deze zaak meermaals medegedeeld dat de opgeeiste persoon na overlevering aan Litouwen in Kaunas Remand Prison of Pravieniškès Correction House-Open Prison Colony (dat, naar de rechtbank begrijpt, deel uitmaakt van Pravieniškès Correction Home) zal worden geplaatst, tot het moment waarop hij naar een penitentiaire inrichting wordt overgeplaatst om de (eventueel) aan hem opgelegde vrijheidsstraf uit te zitten.
Gelet op het reëel gevaar dat personen die worden gedetineerd in de detentie-instelling Pravieniškės Correction Home onmenselijk of vernederend worden behandeld, moet de rechtbank, alvorens zij kan beslissen op het overleveringsverzoek, weten in welke van de twee genoemde penitentiaire inrichtingen de opgeëiste persoon na aankomst in Litouwen zal worden geplaatst. Als de opgeëiste persoon in de Pravieniškès Correction House-Open Prison Colony zal worden geplaatst zal de rechtbank ook moeten toetsen of er zwaarwegende en op feiten berustende gronden bestaan om aan te nemen dat de opgeëiste persoon dit gevaar zal lopen vanwege de te verwachten omstandigheden van zijn detentie.
Om die reden houdt de rechtbank de zaak aan voor het stellen van aanvullende vragen aan de Litouwse autoriteiten. De zaak zal op een later moment worden hervat.
https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBAMS:2019:8086